nooit niet


nooit niet 1.0

(informeel)

onder geen enkele omstandigheid; onder geen enkele voorwaarde; in geen enkel geval; helemaal nooit
Strikt genomen ongrammaticaal, omdat nooit niet eigenlijk 'altijd (wel); steeds' betekent. Maar nooit, dat wordt beklemtoond, heeft hier geen ontkennende maar een versterkende functie.

Algemene voorbeelden


Ze las de fatale opschriften 'voor alcohol en drugs'. Niemand had dit tijdens mijn collectetocht eerder gedaan. 'Nee, daar geven we niet aan', zei ze met een minachtende intonatie in haar stem. Verslagen hoorde ik dit aan. 'Drugs? Nooit niet, dan moeten ze maar niet zo stom zijn'. Ze trok haar man naar binnen en sloeg de deur voor mijn neus dicht.

Meppeler Courant,

'Voelt ge u al wat beter?' De vraag was van elke zin verstoken, maar het was de vraag die men stelt aan een ziekbed. 'Mijn koorts gaat nooit niet meer over. Kunt gij u dat voorstellen?' 'Natuurlijk gaat uw koorts over,' beweerde ik, alsof ik daardoor alleen de dood weg kon houden van bij zijn bed.

Emmeke, Jan Lampo,

MIEKE Dat was wat. Alles bijéén. En 't was dan nog een stuitbevalling. Die wilde niet keren. Den docteur heeft dan wat te veel geknipt. 'k Heb afgezien. Jaja, hij is dood... (Pauze.) Voor wat hebt gij mij nooit niet nekeer getelefoneerd? MATHIEU Voor wat hebt gij mij nooit niet getelefoneerd? MIEKE 'k Had uw nummer niet. MATHIEU 'k Had uw nummer ook niet. MIEKE Fff.

Sierens & Co, Arne Sierens,

Johan Museeuw, twaalf maanden geleden al een bitter tweede na Frederik Deburghgraeve, ziet de bui opnieuw hangen. "Ik lig er niet wakker van, maar ik zou het graag wel eens worden, ja. Nu niet, dan nooit niet. Vorig jaar zegde men mij dat ik daarvoor olympisch- of wereldkampioen moest worden. Ik héb nu de regenboogtrui, maar ik vrees dat het alweer nummer twee wordt."

De Standaard,

Hij doet hem na met een diepe bromstem: "Ik heb nooit niemand nodig gehad. Nu niet en nooit niet."

Buiten is het maandag, J. Bernlef,

'Zijde gij niet beschaamd! De Panis Angelicus is kerkmuziek. En die Tino Rossi, die zingt in Parijs in het theater en wie weet waar nog allemaal. In alle geval, daar waar deftige mensen nooit niet omtrent komen.'

Altrapsodie, Geert Van Istendael,

Combinatiemogelijkheden


met adjectief erachter


  • nooit niet beu (worden)

Wordt gij dat nooit niet beu?' vroeg Jokke. 'Wat?' 'Altijd hetzelfde!'

Een lichtgevoelige jongen, Walter van den Broeck,

met werkwoord


  • nooit niet goedkeuren

'Gij komt bij mij studeren,' zegt Mueremans. 'Maar ge weet toch dat mijn pa dat nooit niet zal goedkeuren. Den opera, met al die vieze artiesten.'

Altrapsodie, Geert Van Istendael,

  • nooit niet lijken op (iemand)

Zijn vader had er een halszaak van gemaakt dat zijn zonen hun identiteit zouden plamuren met flinke stukken religieuze tekst, niet beseffend dat je een wijs man wel een nar kunt laten lijken, maar dat een ezel zelfs met een kroon op, nooit niet op een koning lijkt.

De langverwachte, Abdelkader Benali,

  • nooit niet (willen) luisteren

Nooit luistert ge naar mij. 'k Zeg u: Blijf van dienen barbecue. Blijft eraf! FRANCINE ETIENNE En lap, zijn poten verbrand! ETIENNE Niet willen luisteren. Nooit niet willen luisteren. Godverdomme.

Sierens & Co, Arne Sierens,

  • nooit niet (zullen) lukken

Je bent woonachtig in Wetteren en je bent al jarenlang bevriend, en je gaat naar Gent op kot. Ja, goed, huur dan samen een woning. Dat kunnen we en willen we ook niet verbieden. Dat zal nooit niet lukken. Dat is een manier van samenwonen, dat je dus niet kunt reglementeren.

http://www.gent.be/gent/bestuur/hoorzit/gent4.pdf,

  • iets nooit niet tegenspreken

'Dat moet zijn pauper. Dat is Latijn en dat betekent arm. Ik weet het zeker, het staat in onze Latijnse thesaurus van kanunnik De Beer.' 'Gij frank stuk! Ik heb popèr geleerd op het pensionaat en Amaat Mueremans heeft dat nooit niet tegengesproken. Den directeur van het conservatorium! Ge moet op uwen ouderdom niet denken dat ge al geleerd zijt, snotneus. Kom, ga rap sjotten buiten.' Popèr dus.

Altrapsodie, Geert Van Istendael,

  • nooit niet veranderen

'Al mijn ander parochianen spreken plat, gelijk als hun ouders en hun grootouders. En hun kinderen. Dat is al zijn leven zo geweest en dat zal nooit niet veranderen.'

Altrapsodie, Geert Van Istendael,

  • nooit niets zien

Hoog in de tribunes van het Jan Breydelstadion hebben ze een speciaal staketsel gebouwd voor de televisiecamera's, zegt Wilfried. Veel veiliger, zegt Marjan. En de herhalingen die ze van sommige spelfasen geven, zijn in het echt ook nooit niet te zien, zegt Rik. Anderlecht had in Brugge met veel moeite een gelijkspel uit de brand gesleept, zegt Wilfried.

Volgend jaar in Berchem, Leo Pleysier,

FRANCINE Hoe heet dat hondje nu ook weer van u? VANESSA Flurkske. PHILIPKE Flurk. FRANCINE Hoe komt dat 'k dat beestje nooit niet zie? PHILIPKE Voor u is hij onzichtbaar! FRANCINE Rieken doe ik hem wel.

Sierens & Co, Arne Sierens,

nooit niet 2.0

altijd; altijd wél; op ieder moment; steeds; voortdurend
In deze betekenis ligt de klemtoon op niet.

Algemene voorbeelden


Werk. Ik werk altijd. Ik werk nooit niet. Een ander woord voor leven.

De schaamte voorbij, Anja Meulenbelt,

'Ik maak altijd iets voor iedereen. Ik heb het nooit níet gedaan, terwijl ik weleens roep: zullen we het een keer niet doen?'

de Volkskrant,

Combinatiemogelijkheden


met bijwoord


  • nog nooit niet

Alleen al omdat sterfte- en geboortepatronen nog nooit niet zijn veranderd, is er alle aanleiding te veronderstellen dat de werelwijde trend naar kleinere gezinnen zal voortgaan.

NRC,

'T verschil tussen dagboekschrijver en romanschrijver, is dat tussen een koopman en een goochelaar. Ik heb bij het optreden van een goochelaar me nog nooit niet op mijn gemak gevoeld uit angst dat ik bedrogen zou worden. Die angst verlaat me in aanwezigheid van kooplieden zelden.

Klaas kwam niet, W.F. Hermans,

met werkwoord


  • er nooit niet geweest zijn

Waarop ze telkens weer kon vertellen wat voor hekel ze aan interviews heeft. Ze was, op die hekel aan vraaggesprekken na, de Connie Palmen van de jaren zeventig. Een fotogenieke jonge vrouw die er opeens was alsof ze er nooit niet geweest was. Een hippiemeisje met een overweldigende bos donkere pijpenkrullen en een dromerige blik in overdadig met zwarte kohl omrande ogen.

http://www.mensjevankeulen.nl/interviews.htm#VN

Ach kendje, ten eerste hoef ik mijn tekst nooit echt te léren, die waait mij in de loop van een paar weken áán, die zit in mijn hoofd of ie er nooit níét geweest is, dat sché-elt.

Een soort Engeland, Robert Anker,

Ze kent haar tekst binnen twee dagen, en heeft twee dagen meer nodig om zich Doks regie-aanwijzingen eigen te maken. Waarna het lijkt of ze er nooit niet is geweest, en dat scheelt ook, qua Lena, die daardoor sneller achter Marieks kordate gestalte vervaagt dan David had kunnen denken – zolang hij niet thuis is.

Een soort Engeland, Robert Anker,